GESCHIEDENIS PADEL
Padel ontstond in 1969 in de Mexicaanse badplaats Acapulco. De bedenker van padel, Enrique Corcuera, was een rijke zakenman. Hij had thuis niet genoeg plaats om een tennisterrein te laten plaatsen, dus bedacht hij een soortgelijke sport. Hij bakende een terrein van 10 bij 20 meter af met 3 tot 4 meter hoge muren. Een net scheidde beide zijden. Aangezien het veld kleiner was, dacht hij eraan om niet met tennisrackets te spelen, maar met kleinere houten rackets.
Aanvankelijk werd padel alleen gespeeld door de Mexicaanse elite, maar via Alfonso De Hohenlohe, een Spaanse vriend van Corcuera, belandde padel ook in Spanje. De Hohenlohe introduceerde de sport in Marbella, waar in 1974 de eerste Europese padelclub werd opgericht. De eerste spelers waren rijke vrienden van De Hohenlohe. De promotie via koning Juan Carlos en Manolo Santana, voormalig Wimbledon-winnaar, deed de groei drastisch versnellen. Toen nadien een andere vriend van De Hohenlohe, Julio Menditengui, padel naar Argentinië wou brengen, was de trein helemaal vertrokken.
In Argentinië groeide padel uit tot een nationale sport met meer dan 10.000 terreinen en 2 miljoen beoefenaars. In Spanje werd de kaap van 1 miljoen reeds bereikt in de jaren 90, en is het momenteel de tweede populairste sport na voetbal met 5 miljoen beoefenaars. Het is een van de snelst groeiende sporten ter wereld, met wereldwijd ongeveer 10 miljoen beoefenaars (december 2014). Spanje en Argentinië blijven voorlopig ook de toplanden in de internationale competitie.
Het eerste wereldkampioenschap werd georganiseerd in 1992 in Sevilla met delegaties uit 11 landen uit Europa en Amerika. Sindsdien vindt het tweejaarlijks plaats.